1. Vet een bakplaat in met een beetje boter.

2. Zeef het meel en het zout boven een grote kom. Roer de suiker en gist erdoor. Kneed de boter met uw vingertoppen door het deeg tot het op broodkruim lijkt. Voeg al het vruchtensap en het water toe en meng alles met de hand tot een deeg.

3. Kneed het deeg nog 5 minuten op een licht met bloem bestoven werkvlak, of gebruik een elektrische mixer met deeghaken. Doe het deeg in een ingevette kom, dek het af en laat het 1 uur op een warme plaats staan, of tot het in volume is verdubbeld.

4. Kneed het sinaasappel-, citroen- en limoenraspsel door het deeg. Verdeel het deeg in 2 ballen, de ene iets groter dan de andere. Leg de grootste bal op de bakplaat en leg de kleinere erop. Steek een met bloem bestoven vinger in het midden van het deeg. Dek het af en laat het nog eens 40 minuten rijzen, of tot het veerkrachtig aanvoelt.

5. Verwarm de oven voor op 220 ˚C. Bak het brood 35 minuten in de voorverwarmde oven. Leg het brood op een rooster, bestrijk het met de honing en laat het volledig afkoelen.