Verwarm de oven voor op 200 graden, vet een muffinvorm voor 12 muffins in of leg er papieren vormpjes in. Maak de kruimellaag: strooi de bloem en kaneel in een kom. Snijd de boter in blokjes, voeg ze toe en wrijf met uw vingers tot er een kruimelig mengsel ontstaat. Meng de basterdsuiker erdoor en zet het mengsel apart. Maak het beslag: zeef de muffin mix, het bakpoeder, de kaneel en het zout boven een grote kom. Meng de basterdsuiker erdoor. Schil de appels, verwijder het klokhuis en snijd ze in kleine stukjes. Roer ze door het bloemmengsel. Klop de eieren licht los in een kom. Klop de melk en zonnebloemolie erdoor. Maak een kuiltje in het midden van de droge ingredienten en schenk het eimengsel erin. Roer voorzichtig tot het geheel net gemengd is en roer niet te lang. Schep het beslag in de muffinvorm. Verdeel het kruimelmengsel erover. Bak de muffins ongeveer 20 minuten in de oven, tot ze gerezen en goudbruin en stevig aanvoelen.

Laat de muffins 5 minuten afkoelen in de vorm. Serveer ze warm of neem ze uit de vorm en laat ze volledig afkoelen op een taartrooster